Wet tegen aasgierfondsen blijft overeind in Grondwettelijk Hof
Het Grondwettelijk Hof verwierp op 31 mei het beroep dat door het aasgierfonds NML Capital was aangespannen tegen de Belgische wet die dergelijke aasgierfondsen aan banden wil leggen. Daarmee volgt het Hof de argumentatie van 11.11.11 en een aantal ngo’s die eerder als partij tussenkwamen in de zaak. 11.11.11 vindt dit arrest een zeer goede zaak en vraagt België ook bij andere Europese lidstaten aan te dringen op dergelijke maatregelen.
Bron: www.11.be
Aasgierfondsen zijn investeringsfondsen gespecialiseerd in het opkopen van goedkope schulden van landen in financiële moeilijkheden, vaak ontwikkelingslanden. Die landen worden vervolgens ‘op het juiste moment’ door het aasgierfonds aangeklaagd om grote winsten te realiseren. Op die manier boeken dergelijke fondsen winsten van 300% tot zelfs 2000%, vaak ten koste van de mensenrechten in dat land.
Met de wet – die in 2015 door zowel meerderheid als oppositie in het parlement werd goedgekeurd – speelt ons land een voortrekkersrol. De wet geeft de rechter de mogelijkheid een aasgierfonds nooit meer te vergoeden dan het bedrag dat het zelf voor het schuldpapier heeft betaald. Op die manier worden aasgierfondsen effectief vleugellam gemaakt.
In maart 2016 diende het bekende aasgierfonds NML Capital van de Amerikaanse miljardair Paul Singer een verzoek om de wet te laten vernietigen bij het Grondwettelijk Hof. 11.11.11 heeft zich vervolgens samen met haar Franstalige zusterorganisatie CNCD-11.11.11 partij gesteld voor het Hof wat ons de mogelijkheid gaf de wet voor het Hof te verdedigen.
Vandaag volgt het Hof ons in die analyse. De uitspraak is een goede zaak, te meer omdat het IMF vandaag waarschuwt voor een nieuwe schuldencrisis waarvan aasgierfondsen kunnen profiteren om een slag te slaan. Daarom is het belangrijk dat ons land, met deze wet in de hand, andere Europese lidstaten overtuigt van soortgelijke maatregelen. Eerder nam het Europese Parlement al een resolutie aan waarin het expliciet verwijst naar de nood om dit Belgische initiatief op Europees niveau te tillen.