Belgisch goud blijft in Londen
De Nationale Bank ontkent dat ze van plan is goud uit Londen te repatriëren naar België. Repatriëring zou te veel kosten, zegt gouverneur Luc Coene aan De Tijd.
Bron: De Tijd
Het Nieuwsblad meldt woensdag dat België op een discrete manier 200 ton goud uit het Verenigd Koninkrijk wil terughalen. ‘Dat is een kwakkel’, beklemtoont Coene. ‘Er zijn andere methodes om te verifiëren of het goud in Londen wel degelijk van ons is. Ons auditcomité gaat regelmatig kijken.’
De Duitse Bundesbank en de Nederlandsche Bank hebben in 2014 respectievelijk 120 en 130 ton goud gerepatrieerd om de publieke opinie te sussen. Ze reageerden op kritiek dat de centrale banken nauwelijks zicht hebben op hun enorme goudreserves. Centrale banken hebben veel goud uitgeleend om hun goudreserve te laten renderen.
Naar aanleiding van de beslissingen van de Duitse en Nederlandse centrale banken heeft de Nationale Bank van België ondezocht of een repatriëring van een deel van haar goud zinvol was. Neen, zo bleek. Coene merkt op: ‘Repatriëring zou veel meer kosten voor transport, opslag en beveiliging.’
De gouverneur merkt op dat Duitsland en Nederland de kosten van een repatriëring beter kunnen spreiden, omdat zij veel meer goud hebben. De Bundesbank bezit 3.384 ton goud en de Nederlandsche Bank 613 ton. De Nationale Bank van België heeft een goudreserve van slechts 227 ton.
De opslag van het Belgische goud kost zowat 250.000 euro per jaar, zei minister van Financiën Johan Van Overtveldt (N-VA) vorige week in antwoord op een parlementaire vraag van Kamerlid Luk Van Biesen (Open VLD). Het grootste deel van het goud van de Nationale Bank wordt bewaard door de Britse centrale bank in Londen. De rest bevindt zich bij de Bank voor Internationale Betalingen in Basel en bij de Canadese centrale bank.
De bewaring van het Belgische goud op drie verschillende plaatsen diversifieert volgens Coene het risico. ‘Een centralisering van het goud op één plaats zou niet veel goedkoper zijn.’