Wetsvoorstel: Aasgierfondsen
Op woensdag 6 mei werd tijdens een persconferentie het Kamerbrede wetsvoorstel aasgierfondsen voorgesteld. Het initiatief voor dit wetsvoorstel kwam van Luk en zijn collega van de PS, Ahmed Laaouej, maar kreeg snel de steun van een kamerbrede meerderheid waarbij oppositie en meerderheid het wetsvoorstel mee ondertekende (N-VA, MR, cdH, CD&V, Ecolo-Groen!). Momenteel wordt het wetsvoorstel in de commissie financiën nog besproken, maar vermoedelijk zal het nog voor de zomer gestemd zijn.
Door dit wetsvoorstel zal België een van de eerste landen zijn die een cruciale stap neemt om de schadelijke activiteiten van aasgierfondsen aan banden te leggen.
“Aasgierfondsen” of zogenaamde “procederende schuldeisers” zijn investeringsfondsen die voor een spotprijs staatsobligaties of schulden van Staten afkopen en vervolgens leiden zij een gerechtelijke procedure in en verplichten die Staten ertoe de nominale waarde (het oorspronkelijke bedrag van de schuld) uit te betalen welke die obligaties of schuldvorderingen hadden op het moment dat ze werden uitgegeven, vermeerderd met de achterstallige rente. In 2002 definieerde de Britse eerste minister Gordon Brown deze fondsen als volgt: “Vulture Funds are companies which buy up the debt of poor nations cheaply when it is about to be written off, then sue for the full value of the debt plus interest”1.
Ze gaan meestal op dezelfde manier tewerk: ze nemen tegen erg lage prijzen schulden over van Staten die onder een zeer grote schuldenlast gebukt gaan of die zelfs bijna in staat van onvermogen verkeren, waarbij ze erop speculeren dat de toestand van die Staten zal verbeteren, dat ze tegoeden hebben die vatbaar zijn voor beslag of dat aan die Staten steun of andere bedragen zullen worden verleend die vatbaar zijn voor beslag. Zodra de omstandigheden gunstig zijn, stappen ze naar de rechtbank die het meest oren heeft naar hun stelling. Zodra die fondsen via de rechtbank hun gelijk hebben gehaald, voeren zij die uitspraak uit door beslag te laten leggen, ongeacht waar ter wereld, op de tegoeden van de desbetreffende Staat of op schuldvorderingen van die Staat op derden. Die derden moeten dan het aasgierfonds uitbetalen, en niet de Staat, die hun schuldeiser is.
Vooral ontwikkelingslanden zijn het slachtoffer van deze praktijken. In 2009 vonden 49 aanvallen van aasgierfondsen plaats op Afrikaanse landen. Recentelijk dwong een rechter in New York Argentinië tot de betaling van $1,3 miljard aan twee notoire aasgierfondsen. Dat zette de bestaande overeenkomst van Argentinië met alle schuldeisers op de helling en bracht het land op de rand van bankroet. Geld van de kwetsbare overheden, maar ook van donorlanden, komt zo terecht bij aasgierfondsen in plaats van in broodnodige investeringen in de mensen, economie en infrastructuur van die ontwikkelingslanden. In sommige gevallen was ook de Belgische ontwikkelingssamenwerking slachtoffer van dergelijke fondsen.
Reeds in 2008 nam het Belgische parlement een wet aan die het onmogelijk maakt dat aasgierfondsen beslag laten leggen op geld van onze ontwikkelingssamenwerking.
De Kamerleden van meerderheid en oppositie slaan nu opnieuw de handen in elkaar om de strijd tegen aasgierfondsen op te voeren. Bij het schrijven van het wetsvoorstel werd er nauw samengewerkt met de ngo-koepel 11.11.11 en professoren van de universiteiten van Leuven, Gent, Antwerpen en Namen.
Vooreerst geeft dit nieuwe wetsvoorstel aan de Belgische rechters richtlijnen om te kunnen beslissen of ze al dan niet met een aasgierfonds te maken hebben. Dat kan op basis van volgende vaststellingen: balanceert de Staat in kwestie al op rand van de afgrond, brengt het afbetalen van de schulden de ontwikkeling van de bevolking in gevaar, is het fonds in een belastingparadijs gevestigd?
Maar de belangrijkste maatregel houdt in dat een aasgierfonds voor een Belgische rechtbank enkel de prijs die het betaalde voor de obligaties kan terugkrijgen. België kan overigens ook weigeren beslag te laten leggen op goederen van de betrokken Staat in ons land.
Dit wetsvoorstel is een nationaal initiatief, maar Luk hoopt hiermee de aandacht te trekken van de internationale gemeenschap, zodat dit kan leiden naar een gezamenlijke internationale aanpak, wat Staten in financiële moeilijkheden nog meer beschermd tegen aasgierfondsen. Momenteel lopen er onderhandelingen binnen de VN voor faillissementsregelingen voor landen.
Deze problematiek werd reeds behandeld in de Senaat in de vorige legislatuur. Voor de Open Vld werkte hieraan in het bijzonder prof. Lode Vereeck. Er werd geen akkoord bekomen en daarom nam Luk het op in de Kamer.
Klik hier voor het wetsvoorstel