Onderzoekscommissie: ‘Piqueur plunderde Optima-bank leeg’
Aandeelhouder Jeroen Piqueur en het management zijn verantwoordelijk voor het faillissement van Optima Bank. Dat zegt een parlementaire onderzoekscommissie. De toezicht- houders blijven buiten schot, maar moeten straks krachtdadiger optreden.
Bron: De Morgen
Piqueur en het management van de bank kregen er flink van langs. De bank werd slecht geleid en er werd op een bepaald moment massaal geld weggesluisd uit de bank. Toen de Nationale Bank (NBB) maatregelen nam, negeerde de Optima-top die. Meyrem Almaci (Groen) noemde de bank “een tikkende tijdbom die het voordeel van de twijfel had gekregen”.Piqueur had in het verleden gezegd dat de NBB het faillissement van Optima heeft veroorzaakt. Die conclusie delen de Kamerleden niet.
“Het is een schande dat Piqueur dat beweert. Optima is altijd verlieslatend geweest, omdat Piqueur de bank aan het leegplunderen was”, drukt commissievoorzitter Eric Van Rompuy (CD&V) het scherp uit. Toch plaatsen commissieleden kanttekeningen bij de daadkracht van de NBB als toezichthouder.
De toekenning van de banklicentie door de NBB was te verdedigen, zei Van Rompuy, maar Optima Bank lapte de opgelegde voorwaarden simpelweg aan haar laars.
Niet afdwingbaar
En daar wringt het schoentje, zei ook Open Vld’er Luk Van Biesen. “We hebben na de bankencrisis voldoende instrumenten voorzien, maar die zijn op dit moment niet afdwingbaar.” De aanbevelingen in het rapport moeten de toezichthouder meer tanden geven. Zo willen de Kamerleden dat er een betere informatie-uitwisseling komt tussen de toezichthouders, de NBB en de Autoriteit voor Financiële Diensten en Markten (FSMA), en de fraudebestrijders van de Bijzondere Belastinginspectie en het gerecht.
Toezichthouder
“Het kan niet dat men drie jaar lang de bank aan het verarmen is en dat de Nationale Bank dat niet weet”, stelde Van Rompuy. “De toezichthouder moet een veel actievere rol spelen in het opsporen van fraudemechanismen”, vulde Peter Vanvelthoven (sp.a) aan.
De onderzoekscommissie pleit ook voor de oprichting van een comité F, naar analogie van het Comité P, dat toeziet op de politiediensten. Een toezichthouder van de toezichthouder dus.
Het Comité F zou enerzijds aanwijzingen over misbruiken en ongelijkheden bij het innen van belastingen behandelen, maar anderzijds ook de fraudebestrijdingsdiensten controleren.
(DBA & BELGA) ■